Update: Filmlaminaat lijmen worden gebruikt om meerdere substraten te verbinden. Deze lijmen kunnen worden voorgevormd of ve...
Filmlaminaat lijmen worden gebruikt om meerdere substraten te verbinden. Deze lijmen kunnen worden voorgevormd of verwarmd voordat ze op de ondergrond worden aangebracht. Ze worden gebruikt in verschillende toepassingen, waaronder de fabricage van niet-geweven producten. De lijmen zijn bestand tegen een groot temperatuurbereik. Meestal hebben ze een smelttemperatuur van 96°C en 250°F.
Oplosmiddelloze filmlamineerlijmen worden chemisch uitgehard door een reactie tussen isocyanaten en hydroxylgroepen. De snelheid waarmee deze lijmen uitharden is afhankelijk van de omgevingsomstandigheden. Koude en droge omgevingen zorgen ervoor dat de lijm langzaam uithardt, terwijl vochtige en warme omstandigheden het uithardingsproces versnellen.
Nadat een laminaat is gevormd, moet het goed worden uitgehard voordat het wordt gesneden. Het laminaat moet droog zijn en mag niet meer plakkerig of gomachtig aanvoelen. Sommige converters bewaren gelamineerde rollen bij hoge temperaturen om het uithardingsproces te versnellen. Na het lamineren is een tweede doorgang nodig voor de definitieve uitharding.
Filmlaminaatlijmen kunnen op verschillende oppervlakken worden aangebracht. Ze kunnen worden gebruikt voor bescherming, een verbeterd uiterlijk en nog veel meer toepassingen. Gewoonlijk zijn films vierentwintig tot honderd micron dik. Ze gebruiken een warme of koude lijm, die drukgevoelig is, en een die een verwarmde rol gebruikt bij 60 graden Celsius.
Het aanbrengen van een oplosmiddelvrije lijm kan een beetje ingewikkeld zijn. Verschillende lijmen hebben verschillende uithardingssnelheden, die afhangen van de film, omgevingsomstandigheden en uithardingstijd. Het optimaliseren van uw lamineerproces kan een uitdaging zijn, maar het goede nieuws is dat de technologie van vandaag een lange weg heeft afgelegd. De vultijd van veel conventionele lijmen zonder oplosmiddelen is nu minder dan drie dagen.